Go-Sanke
Een verzamelnaam voor de drie "belangrijkste" koi variëteiten: Kohaku, Sanke en Showa.

Ikeage
Dit is het afvissen van de mudponds.

Kuchibeni 
Een koi met een rode neus/lippen. Letterlijk vertaald is het lippenstift. Kan gebruikt worden icm patroon aanduiding bv: Kuchibeni Nidan Kohaku.

Kiwa
De rand aan de achterkant van het patroon (richting de staart). Deze rand moet het liefst strak zijn (de schubben volgen of een rechte lijn). De schubben lopen van voor naar achteren dus als er aan de achterkant rood onder zit is de kwaliteit van de kleur minder.

Oyagoi
Hiermee worden de vissen die gebruikt worden voor de kweek mee bedoelt. Letterlijk vertaald is het ouderdieren.

Motoguru
Bij een Showa de zwarte vlek in de borstvinnen.

Odome
Als het patroon net voor de staartaanzet stopt. Wordt vaak gebruikt in de Go-Sanke groep maar zeker bij de Kohaku.

Sashi
De rand aan de voorkant van het patroon (richting de kop). Deze rand moet juist "wazig" zijn. Dat betekend dat er in de middelste huidlaag kleurpigment aanwezig is. De kleur schijnt dan al door de andere schubben heen.

Senbetsu
Dit is de term voor het selecteren van koi. Ongeveer 10% van de vissen gaat maar door tijdens de selectie.

Tejime
Bij een Sanke de zwarte strepen op de vinnen.

Teri
De glans van de huid van de Koi. Dit wordt veroorzaakt door het aanmaken van de slijtlaag.

keyboard_arrow_up